·
Inwoners blijven het liefst zo lang
mogelijk in hun eigen wijk wonen. We bouwen daarom meer woningen waar je op een
goede manier oud kunt worden.
·
Bouw woonvormen waar ouderen (of meerdere
generaties) bij elkaar kunnen wonen. Zo kun je met ondersteuning zelfstandig
blijven wonen. Inwoners kunnen ook hun woning zo inrichten. Vooruitlopend
daarop staan we mantelzorg woningen al toe.
·
Wanneer zorg nodig is, dan moet het
snel beschikbaar en van goede kwaliteit zijn. Daarom spreken we met
zorgorganisaties af hoelang dit mag duren. Als thuis wonen niet langer gaat,
vinden we dat er binnen drie weken opvang beschikbaar moet zijn. Thuiszorg
wordt binnen één week geregeld.
·
Zorg moet voor iedereen betaalbaar
blijven. We kijken kritisch of de hulp die we geven passend is, maar ook naar
wat normaal gesproken voor eenieders eigen rekening komt. De landelijke regels
rondom het abonnementstarief in de WMO worden onvoldoende gefinancierd door het
rijk. Dit vraagt om een transformatie in denken: we zorgen zoveel mogelijk met
en voor elkaar. Waar en wanneer nodig is er uitstekende zorg vanuit de
gemeente.
·
De gemeente ondersteunt actief
mantelzorgers, de sterke lokale vrijwilligers-initiatieven en kleinschalige
voorzieningen. Er zijn dorpsondersteuners in iedere dorpskern en is er een
divers aanbod van activiteiten en dagbesteding.
·
Als volwassenen, kinderen of
gezinnen zwaardere hulp nodig hebben, helpen wij hen daarheen op weg. Hiervoor
kunnen mensen terecht bij praktijkondersteuners, de huisarts en het Centrum
voor Jeugd en Gezin.